Pensioen opbouwen als ZZP’er: zo doe je dat!
Ook voor ZZP’ers komt er een moment om met pensioen te gaan. Maar vaak staat het opbouwen van een pensioen niet op de prioriteitenlijst. Zonder een goede pensioenvoorziening kan het lastig zijn om rond te komen, want de AOW is niet bepaald een vetpot. Lees in deze blog hoe je vroegtijdig kunt voorkomen dat je later in de knel zit.
Zo bouw je als ZZP’er een pensioen op
Werknemers in loondienst bouwen automatisch een pensioen op, maar zelfstandigen moeten zelf zorgen voor een spaarpot waarmee ze later nog onbezorgd kunnen genieten van het leven. Hoe eerder je nadenkt over de beste pensioenvorm, hoe beter. Welke vorm je kiest, is afhankelijk van de persoonlijke situatie. In sommige beroepsgroepen, zoals huisartsen of schilders, geldt een verplichte pensioenregeling. Maar als dat niet in je vakvereniging is geregeld, moet je zelf aan de slag. Dit zijn de belangrijkste mogelijkheden om als ZZP’er een pensioen op te bouwen:
Collectieve pensioenregeling
De Stichting ZZP Nederland, FNV Zelfstandigen, PZO-ZZP en Zelfstandigen Bouw hebben een collectief zzp-pensioen ontwikkeld. De uitvoerder van dit pensioen is APG. De regeling is bedoeld voor zelfstandigen met een eenmanszaak of ondernemers die samenwerken in een VOF. De collectieve pensioenregeling is vrijwillig en de hoogte van de inleg bepaal je zelf.
Sparen of beleggen
Wil je de opbouw van je pensioen in eigen hand houden, kun je kiezen voor sparen of beleggen. Dat is wel een riskante optie, want het is fiscaal minder interessant. Als je inlegt van je netto-inkomen, bouw je wel vermogen op maar moet je ook vermogensbelasting betalen. En mocht je onverhoopt ooit aanspraak maken op een bijstandsregeling, zul je eerst dat vermogen moeten aanspreken.
Een voordeel van sparen of beleggen is dat wat je nu reserveert voor later, belastingvrij is. Maar wanneer je het opgebouwde bedrag niet voor je pensioen gebruikt en je de onderneming stopt, klopt de fiscus toch bij je aan; je moet dan van het gereserveerde bedrag een lijfrente kopen. De uitkering van die lijfrente valt in box 1 en dan moet je de uitgestelde belasting alsnog betalen.
Lijfrente
Deze vorm van pensioenopbouw heet ook wel de derde pijler van het pensioenstelsel. In een constructie met lijfrente spaar je voor een vermogen dat je later in termijnen laat uitbetalen. Een lijfrentepolis sluit je af bij een verzekeraar, bank of beleggingsbedrijf. De inleg is fiscaal aftrekbaar. Je moet wel rekening houden met de zogenaamde fiscale jaarruimte. Hierin is vastgelegd wat de jaarlijkse maximale inleg mag zijn. Je mag deze jaarruimte benutten tot acht jaar nadat je er voor het eerst gebruik van hebt gemaakt.
FOR
Zolang je winst maakt als ZZP’er, mag je op de balans een bedrag reserveren voor je pensioen. Dit heet Fiscale Oudedags Reserve (FOR). Eigenlijk bouw je hiermee niet een echt pensioen op, want het is alleen een reservering. Dit zorgt alleen voor uitstel van belastingheffing over het gereserveerde deel van de winst en levert je dus op de korte termijn belastingvoordeel op. Ook moet je voldoen aan het urencriterium (per jaar minimaal 1.225 uren aan je onderneming besteden en geen andere inkomsten via loondienst). Ook mag je aan het begin van het kalenderjaar nog niet de AOW-leeftijd hebben bereikt.
Om te voorkomen dat je belasting gaat betalen zodra het gereserveerde bedrag vrijvalt, kun je een lijfrentepolis kopen. Dan betaal je namelijk alleen belasting over de periodieke uitkering.
Eerdere pensioenregeling voortzetten
Ben je eerder in loondienst geweest, kun je in sommige gevallen de pensioenregeling van je laatste werkgever voortzetten. Dat is wel een gemakkelijke manier om pensioen verder op te bouwen, maar het heeft ook nadelen. Je moet die optie kiezen direct na je besluit om ZZP’er te worden, dus laten aansluiten op het eerdere dienstverband. Ook moet je nu de volledige premie zelf betalen, want het werkgeversdeel valt natuurlijk weg. Bovendien is die premie maximaal tien jaar fiscaal aftrekbaar; na deze periode kan het een kostbare zaak worden.
Hypotheek aflossen
Wil je na je pensionering minder woonlasten en daardoor meer bestedingsruimte, dan kan het interessant zijn om je hypotheek (versneld) af te lossen. Maar er zijn wel nadelen aan deze constructie. Wanneer je aflost van je netto-inkomen, heb je ook minder hypotheekrenteaftrek. En bij onverhoopte bijstand zul je de overwaarde van je huis eerst moeten aanspreken. Maar misschien het belangrijkste nadeel is nog wel dat je hele pensioen in ‘stenen’ zit. Zolang de vastgoedmarkt op stoom blijft, is er weinig om je zorgen over te maken, maar wat gebeurt er als de woningprijzen weer gaan dalen?
Pensioen in eigen beheer
Tot 1 juli 2017 was het fiscaal interessant om pensioen in eigen beheer op te bouwen. Inmiddels staat de Belastingdienst het niet langer toe bedragen toe te voegen aan de pensioenvoorzieningen in eigen beheer die je vóór die tijd had. Wil je meer weten over hoe je het opgebouwde pensioen kunt bevriezen of kunt prijsgeven tot de fiscale balanswaarde, kijk dan op deze site.
Bedrijf verkopen
Als je besluit om als ZZP’er te stoppen, kun je de winst na beëindiging van de onderneming omzetten in een lijfrente. Dan hoef je geen belasting te betalen over die stakingswinst en je kunt het kapitaal in je lijfrente vastzetten als pensioen. Wel zijn er voorwaarden aan deze constructie verbonden, zoals het maximum bedrag van de stakingslijfrente bij een bepaalde leeftijd. Meer hierover lees je op deze website.
Doorwerken
Afhankelijk van je vak als ZZP’er, is de voordeligste manier van pensioenopbouw: zo lang mogelijk doorwerken. Wanneer je de AOW-leeftijd hebt bereikt, krijg je in elk geval een bedrag uitgekeerd en betaal je minder belasting. Dat geeft je ruimte om minder te werken en toch in zekere zin financieel veilig te kunnen leven.
Een interessante optie is ook het zogenaamde tussenpensioen of sabbatical. Als je voldoende hebt gespaard, is er misschien ruimte om er een periode lang van te genieten, bijvoorbeeld met het maken van de reis die je altijd al wilde maken.